Mensen hebben het geprobeerd met religie en dat was niet zo’n succes. We hebben het geprobeerd met politiek, dus proberen we het nu met wetenschap. We geven wetenschap die gelegenheid want wetenschap heeft in driehonderd jaar tijd meer vooruitgang geboekt dan de mensheid in haar complete geschiedenis van honderdduizenden jaren daarvoor.
Hallo hee, kun jij het je nog herinneren? Dat je met wetenschap niet één maar twee kanten uit kunt? Ofwel word je bevangen door de illusie van zekerheid en van superieure kennis ofwel volg je de wetenschap op dat andere wetenschappelijke spoor, het spoor dat eigenlijk de authentieke geest van wetenschap is en je ziet dan hoe wetenschap met steeds grotere zekerheid toont dat de realiteit fundamenteel onzeker is. En dat het menselijk verstand ultiem altijd tekort schiet om de fenomenen die zich aandienen te begrijpen en te verklaren.
Dan begeeft wetenschap zich op het terrein van religie
Dat is een totaal ander soort wetenschap waarbij een wetenschapper steeds bescheidener wordt in zijn pretenties. Steeds meer besef krijgt van de fundamentele onzekerheid van de dingen van van daaruit ook in plaats van degene te zijn die de vrije meningsuiting en het zelfbeschikkingsrecht bedreigt er een soort hoeder en bewaker van wordt. Die zegt als de wetenschap één ding laat zien is het dat er een fundamentele onzekerheid bestaat en bijgevolg iedereen recht heeft op zijn eigen mening omtrent de dingen.
Wanneer gepretendeerd wordt dat wetenschap zekerheid is en men zich er aan gaat vastklampen dan begeeft ´wetenschap´ zich op het terrein van religie en verlaat het de wetenschap. Het leven is niet zeker, niet rigide, niet vast. Het leven is onzeker en iemand die intelligent is blijft altijd ongewis.
Het leven is geen wetenschap. Het leven is niet een aaneenschakeling van oorzaak en gevolg. Verhit het water tot honderd graden en het verdampt- dat is een zekerheid. Maar niets is op die manier zeker in het echte leven
Ieder individu is een onontdekte vrijheid, onmogelijk te voorspellen
Het leven gaat heen en weer, het golft en kronkelt zoals de slang in het logo van de WHO, het leven slingert zoals de Esculaap in het logo van de dokter de apotheek en op de ambulance. De medische slang (Aesculaap) komt uit de mythologie. De staf met daaromheen een slang gewikkeld, was het symbool van de god voor de geneeskunde Asklèpios in de Griekse oudheid. Ook de Romeinen kenden deze god en zij noemden hem Aesculapius.
Het geheel van de wetenschappen kan niet vergeleken worden met een goed gepland, overzichtelijk in elkaar gezet, solide gefundeerd en afgewerkt gebouw. Het gaat eerder om een bouwwerf met een aantal historisch gegroeide gebouwtjes waaraan voortdurend bijgebouwd en verbouwd wordt.
Het verschil tussen zakendoen- dat is wat de overheid nu aan het doen is- en wetenschap bedrijven
Tegenwoordig wordt er steeds meer gebouwd op de zachte ondergrond van modellen, consensus, beslissingen, decreten of onderzoek dat zichzelf bevestigt maar waar niet meer geprobeerd wordt om het opgevoerde bewijs onderuit te halen wat eigenlijk de manier is waarop wetenschap vooruit is gekomen. Een voorbeeld van een mening die via een decreet tot wetenschap werd verklaard is het Aidsvirus. Veel mensen zijn overleden aan infecties en allerlei andere dingen en kregen een diagnose Aids. Hierbij werd dus precies omgekeerd van hoe het nu gaat met Covid, niet de longontsteking al doodsoorzaak genoteerd maar het ‘onderliggende lijden’ Aids. Het Aids virus is echter tot op heden niet op de klassieke manier- ‘hard bewijs’- geïsoleerd. Het is als besluit /medisch decreet dat het bestaat: 1
Dick Bijl, epidemioloog, niet praktiserend arts en nu president van de International Society of Drug Bulletins in een gesprek op 1 mei j.l. met F Pasquino op Blckbxtv: “Wat ik vooral in dit boek laat zien is het verschil tussen zakendoen – dat is wat de overheid met name aan het doen is samen met een aantal dierenartsen- en wetenschap bedrijven. Wetenschap bedrijven dat doen onafhankelijke onderzoekers en die twee werelden zijn in toenemende mate nauwelijks meer verenigbaar”.
De overheid wordt in toenemende mate als onbetrouwbaar gezien, omdat ze zich heeft ingelaten met specialisten met verstrengelde belangen. In plaats van te erkennen dat ze fout zit met de adviezen over de griepprik, grijpt de overheid naar maatregelen die het wantrouwen van burgers alleen maar doet toenemen. Dat zal het vertrouwen van de burgers in wel effectieve vaccins, zoals tegen BMR en polio, ook aantasten.
Medische wereld en mythologie
Resultaten van een dokter zijn werk zijn zo ongewis dat een arts in zijn beroep juridisch geen prestatieverplichting heeft maar een zogenoemde inspanningsverbintenis: ieder individu is een vrijheid, een ongekende, onontdekte vrijheid. Onmogelijk te voorspellen.
Zoals de medische wereld met de esculaap graag refereert aan de mythologische wereld kun je ook kijken naar de weg die de mens aflegt in sprookjes, mythen, de bijbel en ook in de realiteit.
Mythen, sprookjes in alle culturen en periodes beschrijven in drie fasen de gang die de mens gaat op weg naar zelfverwezenlijking, menswording. Hij doorloopt drie vormen van bewustzijn: die van intuïtie, verstand en wijsheid. De mens gaat op zoek naar wijsheid, gesymboliseerd in de grootmoeder, maar aangekomen in het bos, gaat hij allerlei bloemen plukken en raakt verdwaald, zo verdwaald dat hij meent in de wolf de wijsheid te zien, doordat die zich voordoet als grootmoeder. (De rol van dokters en verpleegsters in het uitvoeren van de nazi ideologie)
In het opgeslokt en opnieuw geboren worden, komen we het eeuwenoude symbool van sterven en verrijzen op het spoor. En welke voorzorgen men ook neemt (tegen Roodkapje wordt gezegd niet van de weg af te dwalen, Eva en Adam worden gewaarschuwd niet van de vrucht te eten, bij Doornroosje worden alle spinnewielen vernietigd) toch werkt het levenslot zo, dát men van de appel eet, de wolf ontmoet, de bemeelde poot van de wolf voor de hand van de eigen moeder aanziet, de verboden deur opent enzovoort. In de ongeschonden eenheid van het bestaan van de held en de heldin ontstaat plotseling een scheur.
Mensen stellen zich de duivelse vraag, eigenlijk de meest typisch menselijke vraag: waarom zouden we niet eten van de boom van kennis? Wie daarvan de vruchten eet, voelt zich echter plotseling vervreemd van de boom des levens, men raakt in ballingschap en gaat een tocht vol ontberingen tegemoet, op weg naar verlossing.
Steeds, in alle tijden van de geschiedenis en in alle religies en levensvormen, zijn dezelfde typerende belevenissen in dezelfde rangorde van trappen: verlies van de onschuld, trachten naar gerechtigheid onder de wet, daaruit volgende vertwijfeling door de vergeefse worsteling om door werken of door inzicht de schuld te boven te komen en eindelijk het opduiken uit de hel in een veranderde wereld en in een nieuwe wijze van onschuld. Uit: het mysterie van de hersenstam
Fraude, Ideologie en Politiek in de wetenschap
Dagelijks worden we geconfronteerd met een invulling van wetenschap die vertrekt vanuit de idee dat wetenschap tot vaste kennis en zekerheid leidt. Dat is wat paradoxaal want hoewel de monoloog redeneert vanuit de overtuiging dat zij superieur is aan andere meningen zien we tegelijkertijd dat de gebrachte boodschap vaak wisselt. Zij gaat van links naar rechts en van hot naar her. Op deze manier creëert men nood aan het in evenwicht brengen van de visie op wetenschap die onzekerheid als ultieme eindpunt van wetenschap centraal stelt.
Wetenschap groeit naar steeds complexere complexiteit. Onderzoeksprojecten zijn zo duur geworden dat ze alleen betaald kunnen worden door regeringen van rijke landen, door grote bedrijven of door miljardairs.
Wetenschappers zijn dus ten prooi gevallen in de handen van politici, bedrijven en gehaaide en/ of gesjeesde geldschieters met hun persoonlijke neigingen en fascinaties. Zo wordt de wetenschapper een dienaar van het nationalisme, het communisme, fascisme, kapitalisme, van scientisme of van science fiction. Hij of zij is geen onafhankelijke onderzoeker meer, hij is onderdeel van een politieke ideologie. Hij is aan het werk en hij boekt resultaat maar hij heeft geen controle op zijn eigen ontdekkingen. De controle is in handen van andere mensen. Zij beslissen welke richting hij uit moet werken anders wordt het project niet gefinancierd.
In het boek Discarded Science (Weggegooide Wetenschap), kijkt John Grant naar de keren dat wetenschap door de eeuwen heen ernaast zat. Maar dat waren tenminste nog eerlijke vergissingen. In zijn daarop volgende boek Corrupted Science onderzoekt Grant iets sinisters: opzettelijke misleiding en fraudes. Hij neemt de lezer mee langs een galerij van verzonnen organismes, paleontologische bedriegerij, valse fysica, en wondermiddelen die niet zo wonderbaarlijk zijn. Zie hoe ideologie, religie en politiek zich door de eeuwen heen hebben opgedrongen in de wetenschap.
Onlogisch en onwetenschappelijk dat gros van wetenschappers hun eigen bewustzijn buiten beschouwing laat
Een manier waarop wetenschap enorm zou kunnen groeien is als er dingen aan wetenschap worden toegevoegd: de eerste is dat het niet alleen maar een objectief, afstandelijk, onpersoonlijk onderzoek zou moeten zijn. Wetenschap zou ook de subjectieve, persoonlijke deuren van bewustzijn moeten openen.
De wetenschapper zou niet alleen maar door moeten gaan met concentreren op objecten- hij zal moeten gaan werken aan de wetenschapper zelf. Tot op heden heeft het gros van de wetenschappers hun eigen bewustzijn ontkent. Het is zó absurd deze mentaliteit, zo onlogisch en zo onwetenschappelijk dat wetenschappers daarmee eigenlijk in de richting komen van de religies.
Zij geloven heilig in een God of een Natuurwet en de wetenschapper gaat gewoon door met niet in zichzelf te geloven. Zoveel bijgelovigheid, het is ongelooflijk. Als je werkelijk gelooft dat er in jouzelf niemand aanwezig is, als je meent dat er geen bewustzijn is, wie gaat er dan de mysteries en geheimen omtrent materie, de natuur en het leven ontdekken?
Tot op heden gedraagt (het grootste deel van) de wetenschap zich op een ouderwetse bijgelovige manier. De wetenschap is bezig met het imiteren van religie.
Meditatiemethodes toevoegen aan de concentratiemethodes
Tenzij de wetenschap de dimensie opent van het persoonlijke innerlijk zal het niet totaal zijn, niet compleet, het blijft dan partieel, een segment, een deel. Haar inzichten zullen maar de helft van de waarheid blijven. De importantie van wetenschap zal enorm worden wanneer zij het persoonlijke er aan toevoegt, het subjectieve, wanneer wetenschap meditatiemethodes toevoegt aan de concentratiemethodes.
Meeste fenomenen in de werkelijkheid fundamenteel onvoorspelbaar
En dat is dan ook precies wat effectiviteitsonderzoek ook toont. dat als je naar effectiviteitsonderzoek kijkt, dan zie je een paar opmerkelijke zaken. Dan zie je dat verschillende studies die de effecten van eenzelfde medicijn bestuderen vaak tot andere bevindingen komen. Soms radicaal andere bevindingen.
Studies over effectiviteit van één en hetzelfde medicijn gaan alle richtingen uit, van: geen effect naar sterk positief tot sterk negatief
Een zeer goed boek in deze context is het boek van Irving Kirsch over de bestudering van de effectiviteit van antidepressiva, waarin hij ook toont dat studies op dat punt in alle richtingen gaan. Sommigen besluiten dat er geen effect is, anderen menen een sterk positief effect te zien, weer anderen een sterk negatief effect. En dat geldt zelfs op het niveau van de meta analyses.
Meeste geneesmiddelen genezen niet
Medicijnen worden in de handel gebracht als keuringsinstanties vinden dat een middel meer werking dan bijwerking heeft. Als het middel een statistische fractie beter lijkt te werken dan een placebo. (neppil) Maar meestal zijn die geneesmiddelen helemaal niet goed onderzocht, Of er worden 10 onderzoeken gedaan waarvan 2 positief uitpakken en 8 negatief. De negatieve onderzoeken verdwijnen in de onderste la en de 2 positieve worden gepresenteerd.
Vaak wordt alleen maar onderzoek gedaan bij een heel kleine groep die qua leeftijd en gezondheid misschien niet overeenkomen met de personen die de medicijnen gaan slikken. Eenmaal in de handel worden ze op grote schaal gebruikt door honderdduizenden patiënten met gevolgen die niet zijn te overzien.
Dat zogenoemde geneesmiddelen hun naam geen eer aan doen blijkt wel uit het gegeven dat medicijngebruik ondertussen een van de belangrijkste doodsoorzaken is en dat vooral mensen die meerdere medicijnen gebruiken vaak juist minder klachten krijgen na afbouwen van de medicatie .
In zijn nieuwe boek Het Pillenprobleem gaat Epidemioloog en voormalig huisarts en oud hoofdredacteur van het Geneesmiddelen Bulletin Dick Bijl in op de vraag: waarom zoveel mensen medicijnen gebruiken die niet werken en niet helpen.
Na 22 jaar dagelijks bestuderen van wetenschappelijke artikelen over medicijnen en medicijngebruik concludeert Bijl dat van de meeste medicijnen niet is bewezen dat ze werken en patiënten genezen. “Minder medicijnen is vaak beter.” De meeste klachten gaan binnen een bepaald tijdsbestek vanzelf over. Verkoudheid duurt meestal een week, met medicijnen zeven dagen…
“1 op de 120 van uw therapeutische behandelingen is ‘Evidence Based’ ” zegt Prof. dr. Yvo Smulders voor een gehoor van artsen en specialisten. Smulders is hoogleraar Interne Geneeskunde bij het VU medisch centrum met als aandachtsgebied Vasculaire Geneeskunde. Daarnaast is hij redacteur van de rubriek ‘In het kort’ van het Nederlands Tijdschrift Voor Geneeskunde. Smulders was een van de opstellers van de herziene multidisciplinaire richtlijn Cardiovasculair risicomanagement uit 2011. Met een scherp oog voor de juiste verhoudingen kijkt hij ook buiten zijn vakgebied naar het functioneren van de wetenschap. Tijdens het NTvG Podium van 11 januari 2012 pleit hij voor een realistische kijk op bewijsvoering in de geneeskunde. Epidemiologisch bewijs is namelijk lang niet altijd zo ‘hard’ als beleidsmakers wel eens willen doen voorkomen. Het gegeven dat er geen hard bewijs is dat een therapie of middel werkt is overigens geen bewijs dat het niet zou kunnen werken.
Het niet te voorspellen gedrag van het ogenschijnlijk zo eenvoudige waterrad van Lorenz
En het meest tot de verbeelding sprekende voorbeeld, het meest concrete voorbeeld van het onvoorspelbare is het waterrad van Lorenz.
Edward Lorenz was een Amerikaans Joodse meteoroloog en wiskundige die turbulentiepatronen in vloeistof en gas onderzocht. En turbulentie is immens complex en raadselachtig. Leonardo da Vinci was er bijvoorbeeld al mee bezig en Heisenberg de grote fysicus.
Zijn laatste woorden voor hij stierf zouden geweest zijn: “als ik straks bij god kom ga ik hem vragen hoe relativiteit en turbulentie in elkaar zitten. En ik denk wel, zei hij, dat God op het eerste punt een antwoord zou kunnen geven”.
Het enige dat we nu weten is dat het zijn geheimen altijd zal bewaren
Het is een zeer complex fenomeen. Dat enorm lang zijn geheimen bewaard heeft en nu nog altijd. Het enige dat we nu weten is dat het zijn geheimen altijd zal bewaren. Dat werd voor het eerst aangetoond in een onderzoekspaper van Edward Lorenz die dus een toestel bouwde – een waterrad- dat in zijn bewegingen dezelfde dynamieken vertoont als turbulentiepatronen, convectiepatronen in de lucht.
En dat toestel bestaat er heel eenvoudig uit, het is een soort rad met emmertjes met onderaan een opening. Boven het rad zie je een kraan, via de kraan kan je water in de emmertjes laten stromen en vervolgens stroomt het water volgens een bepaalde ratio uit de emmertjes via het gat onderaan. Als de instroom va het water begint begint het rad te kantelen.
Bij een iets hogere instroom van water gaat het rad onvoorspelbaar draaien telkens in verschillende richtingen
Met een bepaalde instroom van het water draait het rad met een constante snelheid in dezelfde richting. Dat is zo bij een lage instroom. Maar als de instroom wat hoger wordt begint het rad onvoorspelbaar in verschillende richtingen te draaien. Hoe hoger de instroom wordt, hoe minder patronen het rad volgt, hoe chaotischer het gedrag wordt. Het wordt ook wel het chaotische waterrad van Lorenz genoemd.
Wat is er eigen aan het rad? Als de instroom van water hoog genoeg is, zie je eigenlijk dat het rad geen enkel patroon meer vertoont in zijn bewegingen. Dus alle patronen vallen weg. Er zit geen enkele periodiciteit in de bewegingen, er komt geen enkele herhaling voor. Het rad produceert altijd maar nieuwe gedragingen.
De bewegingen van het rad – dat is iets zeer moois- worden strikt bepaald door drie iteratieve differentiaal vergelijkingen, die staan voor het volume water in de linker helft van het rad, het volume water aan de rechterkant en de hoeksnelheid van de bewegingen van het rad. Die drie vergelijkingen determineren, beschrijven de bewegingen van het rad strikt, dus perfect, máár zelfs met die formules in de hand kan je geen seconde op voorhand voorspellen hoe het rad zich zal bewegen.
De richting is onvoorspelbaar omdat het rad gevoelig is voor letterlijk onmeetbaar kleine invloeden
Dat komt omdat het rad gevoelig is voor letterlijk onmeetbaar kleine invloeden. Dus letterlijk een onmeetbaar kleine invloed kan bepalen of het rad bovenaan -als het aarzelt- gaat doordraaien naar links of rechts. Dus de factoren die beslissend de bewegingen van het rad bepalen zijn onmeetbaar klein en bijgevolg – je kunt dat wiskundig aantonen- de bewegingen van het rad zijn fundamenteel onvoorspelbaar. De minste invloed daarop kan een enorm, radicale invloed hebben op de beweging. Dit geldt voor turbulentie en dit geldt, dat soort dynamiek geldt voor elk soort complex en dynamisch systeem in de natuur.
Als je je dat realiseert en beseft dat het bij iedere cel van de mens aan de orde is en vervolgens bij het hele lichaam. Dan hebben we het over het biologische en dan is er ook nog het sociale. Het zijn complexiteiten die zich opstapelen. Als je dan bijvoorbeeld beseft dat het menselijk lichaam, het verloop van ziekte in het lichaam, het floreren van gezondheid in het lichaam inderdaad de wetmatigheden van een complex en dynamisch systeem volgt dan besef je dat het voorspellen van een effect dat een medische interventie zal hebben zeer delicaat is. Tot onmogelijk.
Bijvoorbeeld het verloop van een virale infectie wordt beperkend bestudeerd van dichtbij, zeg maar onder de microscoop. Met de gedachte dat het verloop van de ontwikkeling van een virus of een bacterie in een lichaam bepaald gedetermineerd wordt door nabije factoren.
Onder stress stijgt de mortaliteit van een longvirus met bijna de helft
Terwijl je eigenlijk ziet dat het verloop van de infectie afhangt van de volledige, ruime context waarin de infectie zich situeert. Bijvoorbeeld de hele maatschappelijke, economische, sociale, psychologische context ook. Voor de psychologische context is dit wel heel duidelijk aangetoond. Bijvoorbeeld als je een muizenpopulatie onder stress zet dan stijgt de mortaliteit van een longvirus.
Om een of andere reden zijn het vooral longvirussen die gevoelig zijn voor stress. De mortaliteit van een longvirus stijgt met 40% in vergelijking met een populatie die niet onder stress staat. En gelijkaardige resultaten zijn er behaald bij naturalistische studies bij mensen. Je ziet daar dus een enorme invloed van psychische invloed op het verloop van een virale infectie. Je ziet dus dat het verloop van een infectie is verbonden met de macro context waarin zij is gesitueerd.
Enkele onderzoeken over de invloed van stress en slaapproblemen op de ernst van virus infecties gepubliceerd in British Medical Journal: 1 , 2, Nobelprijswinnaar Luc Montagnier: 3
“Security is mostly a superstition. It does not exist in nature nor do children as a whole experience it. Avoiding danger is not safer in the long run than outright exposure. Life is either a daring adventure or nothing.”
Het leven is wiebelig en Swieberig
’t is in de mei, de mei, de mei, holadiejee, holadiejij, als de visjes weer spartelen en de lammetjes weer dartelen, ’t is in de mei zo blij en voor een zwerversman ja voor een zwervers man staat heel de wereld nu weer open want wat de lente ons aan schoonheid geven kan is voor geen zak vol geld te kopen,
Joop Doderer, geboren in Velsen Noord in zijn rol van zwerver Swiebertje.